HOBBY EN VRIJE TIJD
Mijn balkontuin
Stella Faber
Droom je al jaren van een eigen tuin maar heb je enkel een balkon tot jouw beschikking? Gelukkig is tuinieren niet enkel voor mensen met een enorme lap grond weggelegd! Toen tuinliefhebster Stella Faber haar studio voor een appartement met een balkon van anderhalf bij drie meter verruilde, toverde ze het binnen een paar maanden om in een volwaardige tuin met niet alleen bloemen maar ook kruiden, fruit en groente. In dit boek legt ze uit hoe ze dat voor elkaar heeft gekregen én hoe jij in haar voetsporen kunt treden!
In de inleiding vertelt Stella Faber dat ze ervoor gekozen heeft op een milieuvriendelijke manier te tuinieren. Ook tuiniert ze volgens de maanstanden. In het kort legt ze uit hoe dat in zijn werk gaat maar het is beslist niks voor mij. Gelukkig gaat het volgende item over bijen. Steeds meer mensen beseffen hoe belangrijk deze kleine insecten voor ons zijn en ook Stella Faber doet haar best haar balkon zo aantrekkelijk mogelijk voor ze te maken.
Het boek is vervolgens opgedeeld in vier seizoenen die elk in een aantal hoofdstukken zijn onderverdeeld. Stella Faber begint niet bij de lente maar bij de winter. Elk seizoen begint met een tuindagboek en een aantal tuinweetjes. Deze weetjes zijn niet altijd echte wetenswaardigheden. Zo bestaat het eerst tuinweetje uit de vraag wat je precies met jouw balkon van plan bent. Wil je bijvoorbeeld alleen maar groen of ook ruimte voor een stoel? Stella Faber moedigt jou als lezer aan te kiezen voor iets dat echt bij je past.
Na het dagboek en de tuinweetjes volgen steevast artikelen over het tuinieren zelf. Hoe en wanneer kun je bepaalde planten bijvoorbeeld het beste snoeien, hoe moet je zaaien en wat doe je als de planten last van ongedierte of ziektes hebben. Stella Faber legt op duidelijke wijze uit met welke methodes zij de beste ervaringen heeft. Zo heeft ze ontdekt dat je de schimmelziekte meeldauw het beste kunt voorkomen door de planten niet te dicht op elkaar te zetten. Best lastig op een klein balkon!
Elk seizoen eindigt met de rubriek “Op het bord & in de vaas”, met uitzondering van het gedeelte over de winter, waar Stella Faber het bij “Op het bord” houdt. Vooral de geurende lentebloemen zien er prachtig uit. Stella Faber tipt de lezer ook eens wat bloemen in een vaas op het nachtkastje te zetten, zodat je meteen na het ontwaken van een bloemenpracht kunt genieten. Een goed idee.
Na de hoofdstukken over de seizoenen volgt een overzicht van fruit, groenten, kruiden & bloemen. In dit gedeelte legt Stella Faber voor elke genoemde soort kort maar krachtig uit hoe je ze het beste kunt kweken. Zo schrijft ze bijvoorbeeld dat bieslook tegen vrijwel elke weersomstandigheid kan maar dat het goed bemeste en vochtige grond het meest waardeert.
Het boek eindigt met een lijst van alle planten die Stella Faber tot nu toe op haar balkon heeft gekweekt en een overzichtje met handige adressen. Zo deelt ze met de lezer waar ze haar rozen heeft gekocht en raadt ze een bloemen- en plantenmarkt in Amsterdam aan. Van mij had ze het niet bij een enkele bladzijde hoeven laten, leuke tuinadressen kun je immers nooit genoeg hebben.
Mijn balkontuin is een heel persoonlijk tuindagboek, aangevuld met smaakvolle foto’s en handige tips en wetenswaardigheden. De stijl is wat ingetogen en zakelijk maar dat Stella Faber een kundige balkontuinierster is, zal niemand na het lezen van dit boek durven ontkennen. Doe je voordeel met Stella Fabers inzichten en ervaringen en tover ook jouw balkon om in een klein tuinparadijs. Dit boek biedt genoeg inspiratie!
ISBN 9789050116091 | hardcover| 168 pagina's | Knnv Uitgeverij | september 2017
© Annemarie, 22 oktober 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het bos
Peter Wohlleben
Meer dan twintig jaar werkte Peter Wohlleben bij bosbeheer in het Rijnland. Hoewel hij dagelijks toepaste wat hij tijdens zijn studie bosbouw had geleerd, gingen zijn werkzaamheden hem steeds meer tegenstaan. Was de intensieve bemoeienis met de natuur echt nodig om bossen in stand te houden? Uiteindelijk kon hij zijn liefde voor de natuur niet langer met zijn werkzaamheden rijmen. Tegenwoordig is Wohlleben al enige tijd boswachter in de gemeente Hümmel, in de Eifel, waar hij een gebied van 1200 hectare beheert. Samen met deze gemeente heeft hij voor een ecologische aanpak gekozen.
Wohlleben neemt de inwoners van Hümmel graag mee het bos in om ze op allerlei kleine wonderen te wijzen. Het bos zit vol bijzondere hulpmiddelen en ongewone voedselbronnen. Daarnaast is het gewoonweg heel leuk om door het bos te struinen en plezier te maken. Volgens Wohlleben is het helemaal niet erg om herrie te maken. Dieren zijn eerder op hun hoede voor mensen die stilletjes door het bos sluipen, zoals jagers, dan voor kinderen die vrolijk lachen en gillen. Echte avonturiers kunnen ervoor kiezen om de paden te negeren en door het bos te struinen. In Duitsland is dat in de meeste gebieden toegestaan.
Wohlleben kan zich echt op de winter verheugen. Als het gesneeuwd heeft geeft de natuur zijn geheimen prijs. Vooral in het begin van de winter zijn er talrijke dierensporen te ontdekken. Naarmate de koude winter vordert, neemt de activiteit van de bosdieren af. Wie mooie sporen wil vinden, moet ’s ochtends op pad gaan. Later op de dag zullen de meeste sporen door de zon verdwijnen. Wohlleben adviseert een fototoestel mee te nemen zodat je later op kunt zoeken op welke sporen je precies gestuit bent.
Ook als het niet heeft gesneeuwd zijn er in het bos talrijke dierensporen te vinden. Wohlleben legt enthousiast uit hoe je pootafdrukken van bosbewoners van elkaar kunt onderscheiden. Ook aan geur, uitwerpselen, holen, markeringen op bomen en omgewoelde aarde kun je zien welke dieren in het bos huizen. In het voorjaar kun je eveneens zien waar een vergeten voorraad nootjes verstopt is omdat deze nootjes dan ontkiemen.
Erg interessant zijn de hoofdstukken over de vele voedselbronnen die het bos ook mensen biedt. Zo groeien er eetbare paddenstoelen en lekkere bramen. In Duitsland is het toestaan de smakelijke boslekkernijen mee te nemen maar enkel als het een bescheiden portie voor eigen gebruik is. Wohlleben ergert zich mateloos aan mensen die de bossen leegroven om de producten vervolgens aan restaurants of op de markt te verkopen. Het bos biedt echter ook minder voor de hand liggend voedsel. Zo is er een methode om eikels van hun gif te ontdoen en zijn er bomen die onder hun bast een uiterst voedzaam goedje verbergen. En wat dacht je van insecten? Volgens Wohlleben smaken pissebedden helemaal zo slecht nog niet.
Eigenlijk zou ik het liefst elk hoofdstuk in dit boek samen willen vatten omdat het allemaal even interessant is. Zo schrijft Wohlleben nog over de samenwerking tussen vogels, insecten en bomen en over het observeren van dieren. Misschien zie je tijdens een boswandeling geen enkel dier maar toch zijn ze in grote getalen aanwezig! Ook beschrijft Wohlleben de voors en tegens van het bijvoeren van hongerige dieren.
Zelf heb ik ook het geluk in een bosrijk gebied te wonen. Hoewel ik dacht al behoorlijk wat over het bos te weten, heb ik tijdens het lezen van dit boek heel wat bijgeleerd. De schrijfstijl is heerlijk ongedwongen. Het is alsof je samen met Wohlleben een wandeling door het bos maakt en hij je onderweg van alles aanwijst. Zijn enthousiasme spat van de pagina’s af. Het enige nadeel van dit boek is dat de Duitse en Nederlandse regelgeving soms behoorlijk van elkaar verschillen. Zo beschrijft Wohlleben vol vuur hoe leuk het is om ’s nachts door het bos te struinen waarna mijn enthousiasme de kop werd ingedrukt door de mededeling dat het in Nederland niet toegestaan is. Maar ach, ik woon vlak bij de Duitse grens dus als ik wil kan ik alsnog ’s nachts op pad gaan.
Peter Wohlleben verwierf bekendheid met zijn boek Het verborgen leven van bomen. Ook schreef hij Het innerlijke leven van dieren. Met Het bos heeft hij een mooi boek aan zijn eerdere successen toegevoegd.
ISBN 9789400508934 | paperback | 255 pagina's | Lev. | juli 2017
Vertaald door Bonella van Beusekom
© Annemarie, 11 augustus 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het BinnensteBuiten kookboek
Alain Caron, Sharon de Miranda, Ramon Brugman en Leon Mazairac
Het televisieprogramma BinnensteBuiten vormt voor mij een dagelijkse bron van ontspanning. In dit afwisselende programma tonen trotse huiseigenaren hun bijzondere onderkomens, laten boswachters en vogelaars je de prachtige Nederlandse natuur zien, worden tuinen en huizen onder handen genomen en nog veel meer. Koken vormt een vaste rubriek van het programma. Hoewel de gerechten in het programma door chef-koks worden bereid, hoef je – met name bij de recepten van Sharon de Miranda en Ramon Brugman - geen professionele kok te zijn om ze zelf ook te maken. In dit fraaie kookboek zijn maar liefst zeventig recepten verzameld. Sommige gerechten herken je misschien uit het programma, andere recepten zijn nieuw.
Sharon de Miranda en Ramon Brugman bereiden, elk in hun eigen gezellige kookstudio, heerlijke gerechten die je zelf thuis ook kunt maken. Sharon kookt vooral wereldse gerechten waarin ze naast ingrediënten uit alle windstreken ook een flinke portie liefde voor eten verwerkt. Ramon kookt het liefst met seizoengroenten. Keer op keer laat hij de kijker zien hoe je met vertrouwde ingrediënten de meest smaakvolle gerechten maakt.
Culinair expert Alain Caron, chef-kok Leon Mazairac en sommelier Milton Verseput trekken regelmatig het land in. Zij bezoeken bedrijven en brouwerijen waar ambachtelijkheid en/of duurzaamheid hoog in het vaandel staan. Vervolgens gaan Alain en Leon met het bewuste product aan de slag. Op geheel eigen wijze verwerken ze het in een smaakvol, culinair gerecht. In dit boek staan prachtige verslagen van bezoekjes die Alain aan bijvoorbeeld een jeneverbrouwerij, een krokettenkoning, een aardappelteler en een kokkelvisser brengt. Na elk verslag volgt een recept waarin een product van het betreffende bedrijf is verwerkt. Zo legt Alain uit hoe je heerlijke carpaccio van haring met jenevermayonaise moet maken en een bezoekje aan de aspergevelden in Etten-Leur inspireert hem tot het maken van groene en witte asperges met een kwarteleitje. Leon en Milton doen in het in dit boek wat rustiger aan. Van Leon zijn een bescheiden aantal recepten toegevoegd en Milton tipt af en toe een lekker drankje bij een bepaald gerecht.
Het boek begint met een korte introductie van de vijf hoofdpersonen. Daarna wordt helder uitgelegd hoe het boek werkt. Zo bestaat het boek uit de volgende vijf hoofdstukken: Borrel, Vlees, Vis, Vega en Zoet, die elk uit tien tot twintig recepten bestaan die meestal geschikt zijn voor vier personen. Daarnaast wordt vermeld dat met drie handige icoontjes wordt aangegeven of het om een snel recept, een betaalbaar recept of een werelds recept gaat. Zo kun je dus in één oogopslag zien of het recept bij jouw wensen aansluit.
Terug naar de recepten, daar gaat het tenslotte allemaal om! Elk recept beschrijft duidelijk wat je moet doen en welke ingrediënten je nodig hebt, waarbij de auteurs ervan uitgaan dat de lezer de basistechnieken van het koken onder de knie heeft. Er staat voor ieder wat wils in dit kookboek. Zo kun je bij de borrel uitpakken met Sticky spareribs, toast met bergkazen, zelfgemaakte kaaskroketten, falafel en nog veel meer originele hapjes. Vleesliefhebbers verras je tijdens het avondeten bijvoorbeeld met rotikip van Sharon, geroosterde eend met boerenjongens van Leon, steak tartaar met gepocheerd ei van Ramon of kalfsentrecote met groene thee van Alain.
Met de recepten uit het hoofdstuk Vis is het voortaan een feest om twee keer per week vis te eten. Zo wil ik de spaghetti met gamba’s van Sharon en de Hollandse vistartaar van Ramon zeker een keer maken. Ben je vegetarisch of eet je liever niet elke dag vlees of vis? In het hoofdstuk Vega staan verrukkelijke vegetarische recepten. Sharon beschrijft onder andere hoe je couscous met sinaasappel en geitenkaas maakt, terwijl Leon mijn interesse wekt met een aardperen-truffelsoep. Ramon pakt uit met een witlofquiche en uiensoep en Alain maakt na een bezoekje aan een kaasverkoper een romige kaassoufflé.
Het hoofdstuk Zoet doet je het water in de mond lopen. Zo snak ik nu naar de tiramisu met bitterkoekjes van Sharon en zeg ik ook beslist geen nee tegen de Île flottante van Alain en het hazelnootgebak van Ramon.
Het BinnensteBuiten kookboek voldoet ook prima als koffietafelboek. Het boek staat vol prachtige foto’s in heldere kleuren. Bij elk recept staat een smaakvolle, paginagrote foto en tussendoor zie je de koks aan het werk. Bij de boeiende artikelenreeks Alain op pad staan steeds meerdere foto’s. De warme en uitnodigende stijl van dit liefdevol gemaakte kookboek maakt het lezen van dit boek tot een ontspannende én inspirerende ervaring. De thuiskok in mij is ontwaakt!
ISBN 9789048837113 | hardcover | 222 pagina's | Carrera | maart 2017
© Annemarie, 14 april 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Buiten gebeurt het
Arjan Postma
Weer of geen weer, boswachter Arjan Postma is het hele jaar door buiten te vinden. De winter is zijn favoriete seizoen, dan is het niet zo warm en voelt hij zich prettig bij actieve bezigheden. Toch geniet Arjan van elk jaargetijde. In dit kleurrijke boek komen alle seizoenen dan ook aan bod. Er valt elke dag te genieten van al het moois dat de natuur te bieden heeft!
In de lente gebeurt heel veel in de natuur. Het is als het ware een explosie van nieuwe ontwikkelingen. Gekoesterd in de warme lentezon, komen planten tot bloei en wordt de lucht met insecten gevuld. De vele insecten vormen een royale voedselbron voor vogels. Hun jongen komen dan ook in het voorjaar uit het ei. Zo is alles perfect op elkaar afgestemd.
Niet alleen dieren maar ook mensen leven in het voorjaar op. Veel mensen genieten dan ook met volle teugen van een mooie lentewandeling. Arjan heeft voor deze mensen een belangrijke waarschuwing: blijf op de paden! Arjan zegt dit niet omdat hij graag regels oplegt maar omdat er om ons heen veel onzichtbaar dierenleven is. Met name jonge weidevogels zijn in de lente erg kwetsbaar. Op het moment dat een argeloze wandelaar het grasland in loopt om nog dichter bij de natuur te zijn, gaat het mis. Er ontstaat paniek. De ouders van de jonge vogeltjes slaan alarm en in een straal van honderd meter drukt hun kroost zich met hun buiken tegen de grond, in de hoop niet op te vallen. Door het soms nog vochtige gras worden ze kletsnat. Terwijl jij genietend om je heen kijkt, kunnen de vogeltjes binnen een half uur sterven aan onderkoeling. Niet doen dus!
In de zomer doen mens en natuur het wat rustiger aan. Het is tijd om te genieten. Ga lekker zwemmen of picknicken en geniet van de weelderige natuur. In de zomer is het broedseizoen grotendeels voorbij, zodat je niet snel ongemerkt grote schade aanricht. Arjan is niet bepaald een zonaanbidder maar van een lange, zwoele zomeravond kan hij erg genieten.
Over de herfst schrijft Arjan onder andere het volgende:
“Het is een tijd van extremen, die rustig begint met zacht nazomerweer en eindigt met donkere dagen en gure regenbuien. In de herfst is iedere dag anders. Ik hou van dat typische herfstweer. Ik word blij van storm en regen, het geeft me energie. Het zindert, er gebeurt van alles om je heen.”
Zoals ik al schreef, is de winter het favoriete seizoen van Arjan. Dan trekt hij erop uit. De natuur is tot rust gekomen. Hoewel je er misschien nooit bij stil hebt gestaan, is de winter een tijd vol spectaculaire kleuren. Door de laagstaande zon komen bomen en planten letterlijk in een heel ander daglicht te staan. Vol vuur schrijft Arjan over rietkragen die in deze zon bruinoranje kleuren, met goudbruine pluimen. De witte stammen van berken geven in de winterzon een paarse gloed af. Arjan sluit een dag in de winterse buitenlucht graag bij een knisperend kampvuur af.
In Buiten gebeurt het beschrijft Arjan niet alleen wat hij zelf leuk aan elk seizoen vindt. Er staat nog veel meer interessants in dit boek. Zo komen er prachtige vogels en dieren aan bod, waaronder de zogeheten “nieuwkomers”. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de halsbandparkiet en het veelkleurige Aziatische lieveheersbeestje. In de rubriek “Buiten gebeurt het” schrijft Arjan over bijzondere gedragingen van dieren en buitenactiviteiten. Ook in ander rubrieken komen leuke buitenactiviteiten aan bod. Ga bijvoorbeeld eens modern spoorzoeken met je smartphone of stook een vuurtje in een oude wasmachinetrommel. In de rubriek “Zelf doen” staan handige instructies voor bijvoorbeeld het maken van “steentijdlijm” of het zoeken naar haaientanden. Ook nuttige attributen komen aan bod. Zo zijn een handig mes en een hoed voor Arjan onmisbaar.
Ik heb nog maar een klein beetje verklapt over alle leuke, nuttige en boeiende informatie die in dit boek is opgenomen. De rest mag je, alleen of met het hele gezin, zelf gaan ontdekken. Het boek is heel smaakvol in rustige natuurtinten opgemaakt. De tekst is aangevuld met foto’s van Arjan (met en zonder hond) en prachtige natuurillustraties van Jasper de Ruiter. Voor ervaren natuurliefhebbers is dit boek een feest van herkenning en een bron van inspiratie. Voor de beginnende buitenmens vormt Buiten gebeurt het de start van tal van onvergetelijke momenten in de prachtige natuur, die in Nederland nooit ver weg is!
ISBN 9789022579237 |hardcover| 219 pagina's |Boekerij| oktober 2016
© Annemarie, 30 november 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Vogels breien met Arne en Carlos
Arne Nerjordet en Carlos Zachrison
Arne & Carlos zijn de twee mannen die het breien een heel nieuw gezicht gaven. Hun eerste boek, Kerstballen breien, was een regelrechte hit. Massaal werden de breipennen gepakt en werd de een na de andere fraaie kerstbal geproduceerd. Toen de heren Nederland bezochten konden ze eveneens rekenen op een grote publieke belangstelling. Maar het bleef niet bij dat ene boek…
Arne en Carlo breien op hun paasbest verscheen en werd ook een hit, net als Noors breien met Arne & Carlos waarin de meest schitterende patronen staan van truien, plaids, mutsen, sjaals en wanten enz. met karakteristieke Noorse prints. En zo gaat het door. Poppen breien, bloemen breien en nu dus vogels breien.
“Wij zijn allebei dol op vogels en doen er alles aan ze om ons heen te hebben. Ze zijn er de hele winter en houden ons gezelschap als ze de opgehangen zaadbollen en de op de voederplank uitgestrooide broodkruimels komen opeten. In het voorjaar worden we steeds weer blij wanneer we het vogelgekwetter voor ons slaapkamerraam horen. […] Ze zijn altijd welkom gasten.”
En het stel zou het stel niet zijn als ze hun liefde voor vogels niet om wisten te zetten in breipatronen. Het begon met een kerstvogel voor in de boom en dat is uiteindelijk een eigen leven gaan leiden. Enkele vogels zijn natuurgetrouw maar de meeste niet. “We vinden het leuk om onze eigen, abstracte varianten te maken.” zeggen Arne en Carlos daarover.
Het boek begint met uitleg over de gebruikte materialen en het basispatroon voor de gebreide vogels. Daarna wordt via heel duidelijke foto’s getoond hoe je het snaveltje haakt, de kleuren van de vogel kunt mazen en hoe je de oogjes bevestigd. Sommige vogels hebben – net als Arne en Carlos - een brilletje. Erg leuk is dat deze gebreide dieren op een standaard staan, gemaakt van ijzer, die de vorm van de pootjes weergeeft. De standaard heeft dus vogelklauwtjes. Natuurlijk vertellen Arne en Carlos hoe die gemaakt moeten worden.
Wat maakt hun werk zo geliefd? Het is waarschijnlijk de humor en de enorme fantasie. Ook in dit boek weet je soms niet wat je ziet. Alles kan. We zien vogels met Mexicaanse en Spaanse motieven op hun rug en buikje. - De vogels krijgen overigens ook allemaal een naam. -
We zien de tuinvogels – het pimpelmeesje is geweldig – zoals o.a. de koolmees, merel, staartmees, roodborstje en zelfs een ortolaan in gebreide vorm. We zien vogels met truimotieven en letterlijk schitterende paradijsvogels, versierd met pailletten en echte veren.
Niet alle vogels spreken mij aan, maar ze zijn stuk voor stuk wel heel apart en bijzonder.
Zelf ben ik helemaal weg van de wintervogels met hun Peruvaanse ijsmutsjes (met oorflappen) op.
Het knappe van Arne & Carlos is dat ze alles ook zo aantrekkelijk en gezellig weten te presenteren. De vogels zitten op takken, in kooitjes, op oude vogelhuisjes, onder een mooie glazen stolp. Je kunt er eigenlijk geen weerstand aan bieden en je wil gelijk het garen en de breipennen pakken en aan de slag gaan om een of meerdere van de 55 breipatronen te maken.
Kortom, opnieuw een origineel boek van dit duo. Ben heel benieuwd wat hun volgende project zal zijn!
Zie ook de video waarin veel van de gebreide vogels te zien zijn.
ISBN 9789043919326 | hardcover | 176 pagina's | Uitgeverij Kosmos | oktober 2016
Dettie, 22 november 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Art D'Eco
Kelly Eeckhaut
Kelly (1988) is een bevlogen dame die, als het even kan, niets weggooit maar recyclet (recykleert zoals de Vlamingen zo mooi zeggen).
In haar voorwoord vertelt ze dat ze al op jonge leeftijd de tweedehandswinkel bezocht. Rond haar achttiende begon ze haar alledaagse gewoontes kritischer te bekijken en te verduurzamen. Intussen eet ze geen dieren meer, weigert ze consequent papieren en plastic zakjes, recykleert ze haar tweedehands kleding, beweegt ze zich voort op eigen kracht enz.
In 2009 begon ze een eigen blog waar ze haar ecologische ontdekkingen en zelfgemaakte spullen op deelde. En na het blog kwam dit boek.
Het boek is opgedeeld in vier hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk zien we wat je allemaal kunt doen met oude kleding. Er wordt veel gebruik gemaakt van oude T-shirts en truien. Van de truien worden vestjes gemaakt, minirokjes, beenwarmers (van de mouwen), tassen, nekkussentjes enz.
Van de T-shirts wordt werkelijk alles gemaakt, T-shirt garen, kettingen, haarbanden, ceintuurs en nog veel meer.
Heel apart zijn ook de jurkjes die uit oude bommakleedjes (omajurken) gemaakt worden. Hoewel ik de originele jurkjes ook wel prachtig vind.
Erg leuk is het gebruik van dassen. Geen gebreide, wollen dassen, maar dassen die heren over een overhemd dragen. Vaak zijn de stofpatronen erg mooi en dat maakt ook het eindresultaat prachtig. Het kussen van oude dassen bijvoorbeeld is echt schitterend. Maar de das kan ook gebruikt worden als draagriem of er worden erg mooie strikken van gemaakt.
Verder worden er sieraden gemaakt van spulletjes uit de kringloopwinkel en van oude fietsbanden, vooral deze laatste geven een verrassend effect.
Hoofdstuk twee is voornamelijk gericht op allerlei zelfgemaakte crèmes, scrubcreams, parfum, toner, maskers, lippenbalsem, tandpasta, shampoo, rouge, mascara, make-up remover, etc. Je kunt het zo gek niet noemen of het staat er wel in. Veel make-up blijk je zelf te kunnen maken, en dat is heel wat goedkoper dan alle potjes en dergelijke die in de winkels te koop zijn én dierproefvrij!
Hoofdstuk drie levert een paar recepten op variërend van crêpes (zonder ei), energierepen, muffins, haverpudding, bananenijs van verse bananen zonder room in allerlei variaties etc. Dan volgen de onderzetters van kurken, hoesjes voor schalen, gepimpte blikjes etc. Die heb ik al veel in andere boeken gezien, dat is weinig bijzonder en heb ik vroeger zelf ook wel gemaakt. Wel apart zijn de koelkastmagneten van oude deksels of doppen. De tablethouder om in de keuken te gebruiken is ook wel origineel.
Hoofdstuk vier geeft ons van alles wat. Zelfgemaakt afwasmiddel, boekensteunen van een doorgezaagd speelgoeddier, een salontafel op wieltjes gemaakt van een kist, een tafeltje met een helft van een koffer als blad waarin een kussen is gelegd voor poes. De lappendeken, het gehaakte matje van T-shirt garen, gehaakte kussen van gehaakte vierkantjes. Blikjes met gaatjes zodat het kaarslicht er doorheen schijnt. Tja...
Het wordt allemaal aantrekkelijk gepresenteerd maar ik heb met dit boek niet het gevoel dat ik werkelijk iets verrassends, iets nieuws heb gezien. Sorry. Volgens mij is Kelly Eckhaut veel creatiever dan in dit boek naar voren komt en heeft ze in dit boek bewust alles vrij eenvoudig gehouden.
De uitleg is redelijk tot goed, wel een beetje kort door de bocht, soms moest ik het meerdere keren lezen, maar dat komt denkelijk vooral omdat ik niet daadwerkelijk de dingen aan het maken was.
Wat ik ook miste is de afwerking van de getoonde dingen, je ziet wel de resultaten maar hoe de dassenstrik, de beenwarmers, de stoelzitting van fietsbanden (erg mooi!) etc. eruit zien bij de afwerking, dat wordt nergens getoond. De fietsbanden van de stoelzitting moeten bijvoorbeeld aan elkaar geknoopt worden... maar hoe? Schiet dat niet los, krijg je niet allemaal rare knopen te zien als iemand op die klapstoel gaat zitten? We zien alleen het eindresultaat van alles - aan de voorkant - en een mooie afwerking verheft een werkstuk tot een echte creatie.
De 'aangeklede' bloempotten met rekbare stof zien er ook leuk uit, maar hoe gaat het met water geven? Wordt die stof niet heel nat? En zo zijn er meer dingen die vragen oproepen.
Kortom, laaiend enthousiast ben ik niet. Dat komt niet door de verzorging en uitvoering van het boek. Er is duidelijk heel veel tijd en aandacht aan besteed. Alles in het boek ziet er aantrekkelijk uit. Maar zoals gezegd, heel nieuw is het niet. Het kan ook zijn dat ik gewoon de juiste leeftijd niet meer heb. Voor jonge mensen zal het boek denkelijk veel meer een bron van inspiratie zijn omdat het voor hun wél nieuw is. En tegen die mensen zou ik willen zeggen. Leef je uit! Maak dingen en laat je fantasie werken.
ISBN 978905826 994 2 Paperback 224 pagina's Davidsfonds april 2014
© Dettie, 25 december 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik Hier
Bosbreisels
Stephanie Dosen
Breien is momenteel weer helemaal in. Nadat er jaren alleen in de daarvoor gespecialiseerde winkels wol te koop was, kun je nu zelfs in supermarkten wol en breipennen aanschaffen. Ook de breiclubs schieten als paddenstoelen uit de grond en er worden door het hele land breibijeenkomsten gehouden. En zo verschijnt het ene na het andere breiwerk dankzij de vaardige handen van de breiers.
Veel breiers houden het bij een das of een trui die niet al te ingewikkeld zijn om te maken. De wol die in veel kleurschakeringen te koop is moet dan in feite het werk doen, dankzij de fraaie wol is de trui aantrekkelijk.
Maar er zijn ook mensen die nergens voor terugdeinzen en de mooiste patronen weten aan te brengen in hun breisels, waardoor er ware kunstwerken ontstaan. Ik heb al veel adembenemend mooie zelfgemaakte jasjes, mutsen, sjaals, handschoenen, sokken, omslagdoeken e.d. voorbij zien komen.
Zelf was ik ooit ook een verwoed breier en was altijd op zoek naar iets anders, iets nieuws, naar dingen die niet iedereen maakte, naar iets bijzonders.
En nu ligt dit boekje voor me, getiteld Bosbreisels met patronen die voldoen aan mijn vraag. De ondertitel geeft het al een beetje aan Meer dan 20 betoverende patronen vanuit het diepste van het bos. Op de cover kijkt een knappe jonge vrouw me glimlachend aan met op haar hoofd een muts waar oren en een klein hertengeweitje uit steken. Geweldig!
In het voorwoord lees ik dat de patronen geïnspireerd zijn op sprookjes en het karakter van het bos. Het grappige is dat Stephanie Dosen bij elk patroon een paar kleine fantasievolle zinnen plaatst alsof we persoonlijk met haar in gesprek zijn.
Bij elk patroon staat de moeilijkheidsgraad aangegeven, dus voor elk wat wils..
Het eerste patroon is... de muts met hertengewei. Gevolgd door een maanstofhesje, dat een soort bolero is met lange slierten aan de onderkant, gemaakt van mooi garen. Daarna zien we een tot een strik geknoopte sjaal van heel zacht mohair/zijde garen. En dan een van mijn favorieten, een handmof met kleine gehaakte violetkleurige viooltjes. Het ziet er prachtig en heel bijzonder uit. Ook de muts met heel lange vlechten aan weerskanten, voorzien van haarstrik is heel apart evenals de bosponcho met enorme kabels en capuchon met grappige kwast.
Voor de fragiele elfenvleugels ben ik inmiddels te weinig kind (en slank) meer. Maar jonge kinderen zullen ze prachtig vinden.
Heel grappig is de gebreide sjaal gebaseerd op het voormalige vossenbontje. De sjaal heeft een 'echt' vossenkopje die de sjaal (=zijn staart met wit puntje) met zijn bekje op zijn plek houdt, heel apart!
Ook het betere inbreiwerk ontbreekt niet zoals een poncho met ingebreid hertje, en een trui met een grote berenkop die ik beiden niet erg geweldig vind, evenals het in mijn ogen vrij tuttige gebreide kraagje met ingebreid viooltje dat aan twee kanten de dragen is.
Daarentegen zijn de 'poezelige' handschoenen weer wel een schot in de roos met hun schattige ingebreide poezenkopjes evenals de handschoenen met aan weerszijde ingebreide vlinders.
De beenwarmers met een mooie ingebreide kabel en 'bont'rand zijn fantastisch en lijken me heerlijk om te dragen tijdens een koude winterse boswandeling. De uitsmijter is echter ook het klapstuk van het boek. Het breiwerk is getiteld Midzomernachtsdroom. Het is een capuchon met bladeren en maanbloemen langs de rand, echt schitterend en heel sprookjesachtig om te zien. De ware breiliefhebber kan daar zij hart helemaal aan ophalen.
Kortom een prachtig breiboekje voor de beginnende en gevorderde breier. Iedereen zal hoge ogen scoren bij het dragen van deze breisels.
Stephanie Dosen maakt breipatronen en verkoopt deze met veel succes via internet. Haar ontwerpen zijn al in veel bekende breimagazines opgenomen, zoals Mollie Makes, Knitscene, Simply Knitting en Handmade Knitting. Naast ontwerper van betoverende breisels is Stephanie ook singer-songwriter van drie solo-albums en tourde ze met Massive Attack. Met de Chemical Brothers maakte ze de titelsong van de speelfilm Hanna, en haar nieuwe band Snowbird heeft net zijn eerste studio-album opgenomen in samenwerking met onder andere leden van Radiohead.
Zie ook het inkijkexemplaar
Meer brei-praat en -patronen van Stephanie Dosen vind je op tinyowlknits.wordpress.com.
ISBN 978 90 5019 111 1 Paperback met flappen 132 pagina's uitgeverij Meander september 2014
© Dettie, 7 december 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER!
Top Gear dream cars
Sam Philip
Veel mannenharten gaan er sneller van kloppen en ook veel vrouwen genieten van de aanblik van gemotoriseerde schoonheden. Auto’s zijn er in allerlei soorten en maten maar niet elke bolide verdient het predicaat “droomauto”. Die titel wordt alleen verleend aan de allermooiste exemplaren. In Top Gear dream cars zijn 100 prachtige auto’s verzameld die door hun design, technische snufjes of snelheid in het oog springen. Jij bepaalt zelf wat jij onder een droomauto verstaat maar de kans is groot dat jouw favoriete auto in dit boek opgenomen is.
Het boek is in vijf delen opgedeeld: Groot-Brittannië, Duitsland, Italië, USA en – vrij oneerbiedig – de rest van de wereld. Groot-Brittannië trapt af met de “James Bond-auto”. Een Aston Martin DBS. De meeste auto’s krijgen twee pagina’s toebedeeld waar prachtige foto’s ervoor zorgen dat het visuele aspect van de auto uitstekend tot zijn recht komt. De aanvullende tekst doet uit de doeken wat de betreffende auto tot een droomauto maakt. In het geval van de Aston Martin DBS wordt beschreven dat zowel Sean Connery als Daniel Craig voor de rol van James Bond achter het stuur van deze beeldschone auto kroop. De kracht van deze bloedsnelle wagen evenaart maar liefst die van 510 paarden en binnen 4 seconden kan een snelheid van 100 kilometer per uur worden bereikt. Deze auto is dus gevaarlijk snel!
Natuurlijk ontbreken de Rolls-Royce, de Lotus en de Mini Cooper niet in het rijtje Engelse droomauto’s. De bijzondere McLaren X 1 krijgt extra aandacht. Naast twee pagina’s met foto’s en tekst is er een fraaie foto afgebeeld op een dubbele pagina. Er is iets bijzonders met deze foto aan de hand: het is een 3D-foto zodat de afbeelding nog beter tot zijn recht komt. Er staan er meer in het boek. Een 3D-brilletje is bijgevoegd.
Uit Duitsland – die waarschijnlijk de allereerste auto heeft gebouwd – komen een aantal van mijn persoonlijke favorieten: de Porsche, de Audi en de Volkswagen Kever. De eerste twee automerken zijn ruim vertegenwoordigd in het boek, diverse modellen komen aan bod. Helaas ontbreekt van mijn geliefde Volkswagen Kever – het oude type uiteraard - elk spoor. Smaken over droomauto’s verschillen dus. Uiteraard komen ook de BMW en de Mercedes Benz aan bod. Bijzonder is dat ook de Volkswagen Scirocco in het boek opgenomen is.
De pagina’s over de droomauto’s uit Italië bieden een prachtig schouwspel. Tussen grote merken als Lamborghini, Maserati, Alfa Romeo en Ferrari duikt ook de schattige Fiat 500 op. Waarom mag deze leukerd wél in het boek en mijn geliefde Volkswagen Kever niet? Een automerk dat ik zelf nog niet goed kende is de Pagini. Een echte raceauto!
In het rijtje Amerikaanse droomauto’s mag Ford uiteraard niet ontbreken. De Ford GT bijt het spits af. Op de foto’s staat een mooi geel exemplaar met zwarte strepen. Ook de Cadillac komt van Amerikaanse bodem evenals de Tesla, Dodge en de Corvette. Voor mij onbekende merken zijn de Singer en de Fisker. Erg fraai is de Hennessey Venom. Ook deze auto wordt op een 3D-foto getoond.
De pagina’s over auto’s uit de rest van de wereld worden beschreven als een “zoektochtje in de wildere hoekjes van de autowereld”. Uit Frankrijk passeren geliefde merken als Peugeot, Citroën, en Renault de revue. Nederland wordt vertegenwoordigd door de Spyker C8 Laviolette . Volgens de makers van het boek koop je deze Spyker “om de decadentie te vieren.” Het is een “waarlijk brokje Nederlandse moed”. Ook de robuuste Volvo uit Zweden komt aan bod en Azië wordt vertegenwoordigd door Honda, Mitsubishi, Subaru, Nissan en Toyota. De allerlaatste auto die in dit boek wordt getoond is de Toyota GT86 in een adembenemende rode kleur.
Top Gear dream cars is een fraai ogend, luxe uitgevoerd boek dat elke auto-enthousiasteling zal bevallen. Het is in de eerste plaats een kijkboek maar de toevoegde, interessante teksten bieden heel wat uurtjes leesplezier. De vormgevers van dit boek hebben een fraai staaltje vakmanschap afgeleverd. Dit boek is een lust voor het oog! Met het oog op de naderende feestdagen tip ik Top Gear dream cars als het ideale cadeauboek voor de autoliefhebber.
ISBN 9789400505117| hardcover | 256 pagina's| A.W. Bruna LeV. | november 2014
Vertaald door Han van der Vegt
© Annemarie, 26 november 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Casa Benali
Het Marokkaanse huis-tuin-en-keukenkookboek
Abdelkader Benali & Saida Nadi-Benali
'Waar we groot mee zijn geworden is ook wie we zijn.'
Abdelkader Benali was de man van de snelle steak, bovendien was dat lekker en makkelijk te bereiden. Maar zijn, toen nog, vriendin Saida had er al gauw genoeg van en begon Marokkaans te koken. 'Ons koken bracht me terug naar het bijna geheel vegetarische dieet van mijn jeugd'.
Aanvankelijk vindt Abdelkader het koken veel werk maar hij krijgt er steeds meer plezier in. Bovendien roepen de gerechten en kruiden dierbare herinneringen op. Het samen koken werd een aangename zoektocht naar de smaken van de kindertijd.
Bijkomend voordeel is dat de gebruikte kruiden en specerijen in de Marokkaanse keuken de smaakversterkende producten met E-nummers overbodig maken, meldt hij.
Inmiddels hebben Abdelkader en Saida hun eigen winkeltjes gevonden zoals de beste Marokkaanse bakker, slager, visboer, fruithandel enz. en dan kan, na het boodschappen doen, het koken beginnen...
De ochtend
'Het boerenontbijt is eenvoudig,' vertelt Abdelkader; 'volkorenbrood, wat olijfolie om het brood in te dopen en zwarte, bittere olijven.[...] Op dit dieet is Noord-Afrika opgegroeid, Andalusië veroverd en het Alhambra gebouwd, dus er kan weinig mis mee zijn'
Voor het ontbijt kun je verder kiezen uit: Spiegelei met komijn en olijven, baghir (duizend-en-een-gatenpannenkoek), harsja (panbrood zonder gist) en/of superhavermoutmix. Vooral de havermoutmix met o.a. gojibessen, rozijnen en cranberry's ziet er zeer aantrekkelijk en lekker uit.
De middag
Een boterhammetje met beleg is er voor de lunch niet bij, wel een harsja, of chachouka (ei in tomaten) of bisarra (Marokkaanse erwtensoep) of Marokkaanse linzen en altijd een lekkere frisse salade erbij. Van alle genoemde lunchgerechten is het recept in dit boek te vinden evenals een recept voor een heerlijke rode-bietensalade. Deze laatste ga ik zeker eens proberen.
De avond
Het aparte is dat Abdelkader voorafgaande aan de hoofdstukken steeds iets vertelt over de Marokkaanse gebruiken rond het eten. Dat levert leuke en bijzondere informatie op. Zo vertelt hij bijvoorbeeld dat Marokkanen voor elke gang een apart tafellaken gebruiken. Tel de tafellakens en je weet uit hoeveel gangen het eten avondeten zal bestaan. Verder staan er ook grappige citaten of mooie anekdotes doorheen het boek, zo staat er bijvoorbeeld een schitterend fragment over Marokkaans brood geschreven door Elias Canetti in het boek.
Brood is overigens heilig volgens Abdelkader.
Bij het grote hoofdstuk De avond komen als eerste de verrukkelijke bij- en voorgerechten langs. Bijzonder vind ik de bereiding van verse tuinbonen met komijn, de hele tuinboon wordt gebruikt, met peul en al dus.
Speciale aandacht wordt besteed aan smen (gerijpte boter) een bijna onmisbaar ingrediënt in de Marokkaanse keuken. De boter wordt meestal zelf gemaakt en neemt hoe langer het ligt te rijpen aan smaak toe. Er bestaat smen van tien of twintig jaar oud.
Natuurlijk ontbreekt ook de couscous niet. Het gerecht wordt traditiegetrouw op vrijdagmiddag na het vrijdaggebed gegeten, Abdelkader ons te vertellen. Hij levert ons een recept van couscous met zeven groenten die als hoofdgerecht dient. Het gerecht is zo vol van smaak dat het vlees, vis of gevogelte overbodig maakt.
Maak je deze couscous niet dan kun je kiezen uit de vlees, vis en kip gerechten die ook in dit boek staan.
Ook het recept van het kruidenmengsel Ras el hanout wordt geleverd. Een zeer speciaal mengsel dat nauw luistert qua samenstelling. het gaat vooral om de versheid en de kwaliteit van de kruiden die de Ras el hanou maken of breken, leert de schrijver ons.
Ook bij de nagerechten loopt het water je in de mond. Briwat (amandelkoekjes in honing), worteltaart, yoghurt met vers fruit en oranjebloesem, Basbousa (griesmeel- yoghurtcake), berberkoffie en muntthee. Allemaal even lekker en bijzonder...
Ter afsluiting moedigt Abdelkader Benali ons aan veel te husselen en te experimenteren om een eigen draai aan de recepten te geven. 'De Marokkaanse keuken is van iedereen!'
Het prettige aan dit kookboek is dat je met een aantal basisingrediënten een enorme variëteit aan gerechten kunt maken. Bovendien zijn de recepten duidelijk en overzichtelijk gepresenteerd. Ook wordt er weinig apparatuur gebruikt, met een goed mes en een stel pannen kom je al een heel eind. De recepten zijn allemaal met verse ingrediënten gemaakt wat natuurlijk wel zo gezond en lekker is.
De verhaaltjes tussen de recepten door en de mooi foto's van Marokko en de gerechten maken het helemaal een prettig boek om in huis te hebben.
Kortom, een fijn en helder kookboek met 'eenvoudige' (niet te bewerkelijk of extravagant) maar heerlijke recepten.
ISBN 9789029589772 Gebonden 240 pagina's Uitgeverij De Arbeiderspers, 4 november 2014
Afmeting 24 x 22,1 cm
© Dettie, 3 november 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Natuurlijk Lekker
Bakken
puur, vers, biologisch en natuurlijk
Monique van der Vloed
Voor me ligt een prachtig dik bakboek. Ik ben benieuwd wat er allemaal in te vinden zal zijn. Wordt het zo'n boek waar alleen de geijkte recepten in voorkomen of word ik totaal verrast door de originele recepten? Nieuwsgierig sla ik het boek open.
In het voorwoord vertelt Monique van der Vloed over haar oma die met weinig middelen de meest heerlijke dingen uit haar piepkleine oventje wist te toveren. 'Haar roomboterkoeken zijn onvergetelijk'. Een beetje meel, suiker, boter en wat zout was vaak al genoeg.
Nu kennen we de pure smaken nauwelijks meer, zoals bijvoorbeeld de smaak van een appel, vers van de boom geplukt. Vaak zijn er kant-en-klaar producten die ons het bakken makkelijker moeten maken. Maar die cake, koek, taart zit dan wel vol schadelijke stoffen die ons ziek kunnen maken.
De schrijfster heeft daarom dit boek samengesteld. Alle recepten zijn vrij van E-nummers, kunstmatige toevoegingen, koemelk, vlees en vis, soja, geraffineerde suikers, transvetzuren, gluten en zout. Alle producten zijn vers en biologisch. Ze schrijft: 'Soms kun je werkelijk niet geloven dat gezond zó vreselijk lekker kan zijn, en zelfs veel smakelijker dan kunstmatige koekjes, taart en gebak!'
Inmiddels ben ik erg nieuwsgierig geworden naar de recepten maar zover zijn we nog niet. Monique waarschuwt ons dat bakken met pure ingrediënten even wennen is. Met de kant-en-klaar producten kan weinig misgaan maar de smaak is er ook naar. In de recepten gebruikt ze bijvoorbeeld stevia en erythtritolsuiker omdat deze de bloedsuikerspiegel niet beïnvloeden en weinig calorieën bevatten en natuurlijke zoetstoffen zijn. Ze hoopt dat er dankzij haar een hele nieuwe wereld aan smaken voor ons zal opengaan. Ik heb zomaar het idee dat dat wel gaat lukken...
Koekjes
En dan kan het bakfeest beginnen met eigengemaakt koekjes. Het allereerste recept betreft Appelzoentjes. Ze zien er op de mooie kleurenfoto, heerlijk en apart uit. Enkele ingrediënten zijn inderdaad anders dan je gewend bent. Monique werkt met glutenvrije melenmix die je zelf kunt samenstellen. Achterin het boek wordt uitgebreid uitgelegd waarom en hoe ze die mix maakt.
De al eerder genoemde steviapoeder moet erbij en Bourbonvanille wat geen vanille vermengd met whiskey is maar biologische vanille in poedervorm. Als alles ovenklaar is wordt er nog chiazaad (familie van de muntplant) over gestrooid.
In andere recepten wordt psyllium gebruikt, ook iets wat ik niet ken, maar een glutenvervanger blijkt te zijn.
Maar als ik het boek verder doorblader en de recepten lees dan zijn er toch niet veel onbekende ingrediënten te vinden, wel veel verse en onbewerkte.
Namen
Erg leuk zijn de namen die aan de gebakken producten zijn gegeven. Wat te denken van koekjes met de namen. Kandijsuikermoppen, Appelmoesjes, zonnekoekjes, ketelbinkies, Walamha's (walnoten, amandel, hazelnoot), tante grieskoekjes, hellefies, speculeines enz. (op de foto crèmekoekjes)
Cake en taart
En dan komen we bij de cake- en taartrecepten. Zorg dat je met een goed gevulde maag deze recepten en foto's bekijkt want je krijgt onmiddellijk lekkere trek.
Het zien van de allereerste cake, de fruitcake, (zie foto) is al iets waarbij het water je in de mond loopt. Ook hier worden alleen maar natuurlijke producten gebruikt met daarbij weer een voor mij nieuw ingrediënt, amarant, dat op graankorrels lijkt en hoogwaardige voedingsstoffen bevat.
Zelf ben ik erg nieuwsgierig naar Fonnefat, een platte cake met avocado, walnootmeel, bananen, cacaopoeder en havermelk. Het ziet er verrukkelijk uit.
Ook de 'bekende' cakes ontbreken niet zoals de carotcake, de citroencake, cupcakes en brownies. Maar de cake getiteld duizend bommen en granatencake, chocking love cake (met chocola, bananen en goudrenetten), kreukelfruitcake, hawaïmuffins, zonneschijntjes, mangolientjes en geiten 'tjieskeek' klinken ook zeer aantrekkelijk.
De taarten zijn nog 'erger'.
Na de basisrecepten voor diverse taarten en taartbodems gaat het taartenbakfeest beginnen.
De 'pecan dream' lijkt me werkelijk een dream van smaak en geur. Maar ook de chocolaagjestaart ziet er waanzinnig heerlijk uit of de walnotenschuimtaart... en wat te denken van een appel-bietenboemel en wat heerlijk, heerlijk, heerlijk ook een recept van de door mij zo geliefde spekkoek, de pittige taart uit Indië, staat erin! Je vindt in dit boek ook de droomtuband, de crazy eggstaart de fruitfeestvlaai en nog veel meer heerlijkheden.
En dan, tot mijn grote verrassing, typisch Nederlandse en Vlaamse recepten! Snel blader ik verder...
Hmmm, ik zie de banketbakkersroomtompouche, mijn favoriete verjaardagsgebakje! En bokkenpootjes! waarbij je kunt kiezen tussen jam of cremevulling. En Jan Hagel, waar ik veel over gehoord maar nog nooit gegeten heb. Blokzijler brokkoek, Zaanse duivekater (zo lekker!) Bodding (broodpudding) uit Vlaanderen. Mechelse margrietjes, Gentse mokken, Oude wijvenkruidkoek, knapkoek, Zeeuwse bolus, Rotterdamse ech welkoekies (zie foto), Weesper moppen, wafels, Haagse kakker (mooie naam!) Arnhemse meisjes, kletskoppen, Fryske dumkes enz enz. Wat leuk om van al deze klassiekers nu ook eens een recept te hebben.
Het grappige is dat ik elke keer denk ik dat het boek uit is, dat de recepten op zijn, maar niets is minder waar.
Er volgen bijvoorbeeld nog heerlijke recepten voor pannenkoeken en desserts
De pannenkoek in al zijn varianten zoals poffertjes, crèpes komt voorbij maar ook de gevulde pannenkoek wordt niet vergeten.
Om het allemaal nog aantrekkelijker te maken volgt mijn favoriete gerecht als ik uit eten ga... de desserts.
merengue, chocoladebommetje, trifle, vla, het kan niet op. En allemaal zien ze er even zalig uit.
En nog zijn we er niet. We krijgen nog 40 recepten om zelf zoet en hartig brood te maken
Het kleffe witbrood wordt tegenwoordig nauwelijks meer gegeten voor zover ik weet, nu zijn de bruine broden in trek al dan niet met zaden of vruchten. In dit bakboek vinden we deze en andere heel bijzondere broden die ik allemaal wel zou willen maken. Zuurdesembrood, sesambrood, quinoabrood, ciazaad-maca-pompoenbrood, Turks brood, boekweitbol, Amarant teffbrood (teff is glutenvrij meel) kerrie-uislof, vruchtenbolbrood, mueslibollen. Teveel om allemaal op te noemen...
De 20 recepten voor hartige hapjes lijken me allemaal succesnummers. Ik zou er tenminste blij mee zijn als ik deze op een feestje of zomaar aangeboden kreeg.
En nóg is de koek niet op. We krijgen nog 40 recepten voor vullingen en decoraties. Toffeecrumble en karamel lijkt me al zoiets goddelijks om te proeven, als ik de recepten lees. Maar ook de pudding, chocoladecrème, lemmoncurd, haverroom, snelle nougat en de diverse extracten, jam, kokosbloesemstroop, cornflakes etc. zullen makkelijk naar binnen glijden.
En dan zijn de recepten op maar het boek kan nog echt niet dicht.
De schrijfster vertelt ons in enkele hoofdstukken op een duidelijke manier wat elke ingrediënt is. Ze vertelt bijvoorbeeld over de diverse meelsoorten, hun smaken en eigenschappen. Ook hoe je gluten kunt vervangen en zelf glutenvrij meel kunt maken. Over gist en zijn eigenschappen geeft ze eveneens de nodige toelichting. Erg interessant (ook voor mensen met diabetes) om te lezen is het gedeelte over suikervervangers. Nooit geweten dat daar zo'n enorme variëteit in is. En we krijgen toch nog enkele receptjes, dit keer voor kruidenmixen.
Omdat veel mensen niet gewend zijn aan koken met natuurlijke ingrediënten staan er ook nog allerlei nuttige tips in het boek, voor het geval iets niet wil worden zoals het eigenlijk moet zijn, zoals te droog of te nat deeg of als het deeg niet wil rijzen, maar ook welke ingrediënten je eventueel kunt vervangen door andere ingrediënten (die ook genoemd worden), hoe je de ingrediënten het best kun bewaren enz.
Mensen die het boek gekocht hebben kunnen zich ook nog eens bij de uitgever registreren via de code die voorin het boek staat. Dan ontvangen ze een speciaal receptenboek in PDF met meer natuurlijke bakrecepten.
Kortom, het is een zeer compleet bakboek. Werkelijk aan alles is gedacht en bovendien heel aantrekkelijk gebracht.
Na het boek gelezen te hebben en na het zien van de mooie foto's heb ik het gevoel dat ik een heerlijke reis door luilekkerland hebt gemaakt...
Mijn bakpet af voor mevrouw Van der Vloed. Het is echt een perfect bakboek geworden.
Zie ook het Inkijkexemplaar
ISBN 9789059407909 Hardcover 371 pagina's Uitgeverij Van Duuren Media
Dettie, 19 oktober 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Een lekkere Suster en andere heerlijkheden
Recepten van vijf generaties uit één familie 1774 -1920
Marianka Spanjaard
De kaft van het boek lijkt te zijn bestrooid met poedersuiker. Op de voorkant prijkt een soort ronde cake met krenten. Dit blijkt de Lekkere Suster uit de titel te zijn, waarvan we het recept vinden op bladzijde 158 en waar onder andere te lezen valt: 'In deze Suster zit geen suiker, de krenten zorgen voor het 'zoetje'. Een beetje citroensap door het deeg is ook lekker.' De naam van het recept is ontleend aan 'een vrouw-mensje wegens hare sagte en lieve wangetjes van hare susje seer geerne gekust wordende.
Als je het boek ziet en leest weet je meteen, dit is een heel bijzonder receptenboek. Dat kan ook niet anders want, zoals de ondertitel al vermeldt, bevat het recepten van vijf generaties uit één familie tussen 1774 en 1920. Een voorname familie met deftige namen als Louise ToeWater-Van der Muelen en Francina Tabingh Suermondt Hudig. De recepten hebben eveneens soms prachtige namen als Cabo Couberte, een hete Oosterse schotel met kalfsgehakt, Gierige Gerrit, ook met kalfsvlees en tamme kastanjes en Oploop, een toetje van onder andere aardappelmeel, dat 'Een kwartiertje moet bakken of iets langer (dat weet ik niet)', staat er bij vermeld.
Voordat de recepten worden beschreven en gepresenteerd met prachtige foto's waar de gerechten op heel mooi serviesgoed zijn geëtaleerd, wordt in het het boek beschreven wie dit receptenboek allemaal in hun bezit hebben gehad en de ontstaansgeschiedenis ervan.
Tussen de beschreven geschiedenis en de recepten in, zijn foto's afgebeeld van het oorspronkelijke receptenboek, waar we bijvoorbeeld kunnen lezen het recept 'om een Karp of ook een salmtaart te stooven', 'om een lekkere suster te bakken' of 'om Dorsse Struijf te bakken'. Struif is een soort omelet of pannenkoek en zo werd en wordt deze bereid:
'Neemt 2 silvere leepels tarwen meel tegen een eij, klopt het meel met de eijeren heel lang, doet er dan bij ten naasten bij so veel water als melk, dat het beslag ontrent so dik is als van pannenkoeken, roert et een weinig sout onder, klopt het met een leepel in de pan.'
Een heel mooi hoofdstuk vind ik zelf 'Aan tafel in de achttiende en negentiende eeuw'. Door de foto's in het boek van de prachtige achttiende-eeuwse keuken van Alexander van Leeuwen aan het Noordeinde in Den Haag komen de woorden in dit hoofdstuk tot leven.
In het subhoofdstuk 'Aan tafel' lezen we dat de vork wel allang bekend was, maar nog niet een algemeen voorkomend tafelgereedschap was. Zelfs koning Lodewijk XV van Frankrijk at liever met zijn vingers dan met een vork. Later was het onder Franse invloed ook nog niet gebruikelijk om mes en vork tegelijk te hanteren, dat hebben we aan de Engelsen te danken. Aan het einde van de 19e eeuw kregen zij steeds meer politieke invloed en werden ook hun tafelmanieren overgenomen.
In het subhoofdstuk 'Tafelmanieren' lezen we dat elke sociale groep zijn eigen gedragscodes kenden aan tafel. Je mond afvegen voordat je gaat drinken omdat met het drinkgerei deelden en je handen wassen voordat je aan tafel gaat omdat er uit één schaal werd gegeten. Het is heel erg leuk dat Marianka Spanjaard dit voorafgaand aan het receptenboek heeft toegevoegd aangezien dit de recepten nog meer in hun context plaatst.
Als de appels van mijn jonge boom, die daardoor nog maar weinig vruchten dragen, rijp zijn ga ik het recept Citroenvla met appeltjes van bladzijde 123 uitproberen! Ik denk dat ik nog wel vaker dit boek ter hand zal nemen om een recept eruit te maken, zoals natuurlijk het recept van de titel Een lekkere Suster!
P.S.:
Op dinsdag 8 oktober 2014, zes dagen na het schrijven van bovenstaande recensie, was het dan zover.
Ik heb drie appeltjes van redelijke grootte van de boom gehaald. Deze heb ik, zoals in het recept staat, geschild en van hun klokhuis ontdaan. Ik heb ze daarna overdwars in tweeën gesneden. In het oorspronkelijke recept blijven de appels gewoon heel. De halve appels heb ik overgoten met een kop droge witte wijn aangevuld met water en suiker en daarna 20 minuten laten stoven.
Ondertussen heb ik een ander kopje witte wijn met de vier eieren en de 100 gram suiker geklopt en op een zacht vuur warm laten worden. Daarna de rasp en het sap van 1 citroen erbij en het geheel door een zeef gegoten. Daarna opnieuw op een zacht vuur, om de eieren niet te laten stollen!, en voortdurend goed roeren zodat de citroenvla wat dikte krijgt.
De zes halve appels, zoals de afbeelding in het boek ook laat zien, in een diep bord gelegd en de gaatjes gevuld met aardbeienjam. Ten slotte zoals het oorspronkelijke recept vermeld, de citroenvla eromheen gevleid.
Mijn man en ik hebben de hele portie in een keer opgegeten, want het was heerlijk! Ik vond het vooral ook heel leuk om een keer zelf vla te hebben gemaakt.
Marianka Spanjaard (1946) schrijft over (joodse) geschiedenis in Nederland. Zij is dol op koken en natuurlijk op lekker eten. Marianka was goed bevriend met Thera Wijsenbeek-Olthuis, de laatste bezitster van het receptenboek.
ISBN 9789057309465 Hardcover rijk geïllustreerd in kleur 192 pagina's (157 recepten) Walburg Pers september 2014
Afmeting 16,8 x 22,6 cm
© Ria, 2 oktober 2014
Lees de reactie sop het forum en/of reageer, klik HIER!
First Aid Kitchen
Andy McDonald
“Met dit boek wil ik jouw houvast zijn. Het staat boordevol uitleg over hoe je iets moet koken, bakken of braden. Tips hoe je restjes kunt verwerken. Maar ook uitleg over kooktechnieken en hoe je jouw gerechten op smaak kunt brengen. Tussen alle tips zitten ook een paar typisch Nederlandse gerechten, met suggesties om er een ander draai aan te geven.”
Andy McDonald presenteert op 24Kitchen het programma First Aid Kitchen. In het programma helpt hij thuiskoks met het oplossen van kookproblemen. Het is hem opgevallen dat veel mensen pakjes en zakjes gebruiken. Hij vermoedt dat het mensen houvast geeft maar zijn ervaring is dat gerechten die met pakjes en zakjes bereid zijn allemaal hetzelfde smaken. Met dit boek wil Andy McDonald de nieuwe houvast van de thuiskoks worden. Koken met verse ingrediënten, kruiden en specerijen is volgens hem goedkoper, authentieker en veel lekkerder.
Dit boek is een uitlegboek. Er staan ook recepten in maar de nadruk ligt op de kooktechniek en algemene handige weetjes. Hoe kun jij bijvoorbeeld jouw smaakgevoel ontwikkelen? Andy legt uit dat naast proeven ook ruiken heel belangrijk is. Aan geuren zitten bovendien vaak herinneringen verbonden. Ook wordt er uitgelegd hoe je een gerecht op smaak moet brengen. Is een gerecht bijvoorbeeld iets te pittig geworden dan kun je dat oplossen door iets zoets toe te voegen.
Bij koken hoort orde in de keuken en een goede hygiëne. Goed de handen wassen dus voor en tijdens het koken! Ook wordt het belang van het gebruik van meerdere snijplanken uitgelegd en staat vermeld welke groentes en fruit het beste buiten de koelkast bewaard kunnen worden. Er komen zoveel handige weetjes aan bod dat ik ze eigenlijk het liefst allemaal op zou willen noemen.
Andere hoofdstukken gaan over kooktechnieken, soep en de aardappel (met een recept voor boerenkoolstampot). Ook is er een hoofdstuk dat volledig over rijst, pasta en granen gaat. Hoe voorkom je bijvoorbeeld dat rijst gaat plakken? Het hoofdstuk over groente en fruit is ook interessant. Handig is de groentekalender waarop staat welke groentes in welke maanden verkrijgbaar zijn. Heb jij wel eens sexy spruiten gemaakt? Het recept staat in dit boek!
Een hoofdstuk over vlees mag natuurlijk niet ontbreken en heel hoofdstuk 8 is dan ook aan dit onderwerp gewijd. Diverse soorten vlees en bereidingstechnieken komen aan bod. De Engelse kip met ui en salie ziet er verrukkelijk uit. Na het hoofdstuk over vlees volgt een hoofdstuk over… je raadt het al…vis! Ik heb bijvoorbeeld geleerd dat vis altijd op een voorverwarmd bord geserveerd moet worden omdat het anders te snel afkoelt. De vegetariër wordt niet vergeten en ook al ben ik zelf niet vegetarisch, de zelfgemaakte vegaburger ziet er toch wel erg lekker uit. Wist je dat je ook een vegetarische jus kan maken? Ik weet nu hoe het moet!
Het boek sluit af met een hoofdstuk over sauzen (mét een recept voor mayonaise) en een hoofdstuk over bakken. Daarna volgt nog een handig register zodat je eenvoudig de juiste informatie in het boek kunt vinden. De indeling van het boek is erg praktisch. De bladzijdes zijn in een soort vakken ingedeeld. Op het linker gedeelte van de bladzijdes met praktische informatie en weetjes staan vakjes waarin het onderwerp in grote, vetgedrukte rode letters afgebeeld staat. Ook staat hier aangegeven bij welk hoofdstuk het onderwerp hoort zodat je razendsnel ziet of je in het juiste gedeelte van het boek zoekt. Op het rechtergedeelte van de pagina’s staat de uitleg die bij het onderwerp hoort. Het is vooral een heel praktisch, ietwat saai, vormgegeven boek met een rustig kleurgebruik. De pagina’s met recepten zijn iets fleuriger opgemaakt maar stralen net als de rest van het boek een zekere eenvoud uit. De gerechten zijn smaakvol gefotografeerd.
Wat mij zo bevalt aan dit boek is dat er eens niet vanuit wordt gegaan dat de lezer van het boek de kookkunst tot in de puntjes beheerst. In sommige kookboeken staan de meest prachtige gerechten die volgens de desbetreffende koks doodeenvoudig te maken zijn. De recepten doen mij dan vaak duizelen. Niet iedereen kookt de sterren van de hemel en niet iedereen weet waar alle kooktermen voor staan. Toch wil ook deze groep mensen een lekkere maaltijd op tafel zetten en nieuwe gerechten uitproberen. Dit boek helpt daarbij. Het is je gelukt Andy McDonald: met dit boek bied jij houvast!
ISBN 9789045205557 | paperback | 240 pagina's| Karakter Uitgevers | juni 2014
© Annemarie, 4 augustus 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Handboek natuurfotografie +
Bart Siebelink & Edo van Uchelen
Waren het vroeger voornamelijk biologen en onderzoekers die vanuit een passie voor een onderwerp de natuurfoto's afleverden, met de huidige moderne apparatuur kunnen amateurfotografen nu ook prachtige foto's maken.
Ook beslaat de natuurfotografie momenteel veel meer onderwerpen. Het zijn niet alleen meer de dieren die met eindeloos veel geduld in hun natuurlijke habitat gefotografeerd worden maar ook landschappen en bijvoorbeeld paddenstoelen, grassoorten, bloemen, duinbegroeiing enz. Het leukste is de veelzijdigheid, je kunt tegenwoordig alle kanten op. Toch blijft het een hobby waar je veel geduld bij moet hebben, het is geen vlotte, snelle hobby.
Camera en hulpmiddelen
In dit boek wordt uitvoerig uit de doeken gedaan wat er allemaal bij komt kijken om goede natuurfoto's te maken.
Allereerst natuurlijk de camera, zonder camera geen foto. Het advies is vooral niet het nieuwste van het nieuwste te kopen maar eerst wachten tot de camera uitgetest is door gebruikers waardoor bekend is wat de voor- en nadelen van de camera zijn. Ook wordt benadrukt de camera vooral goed te leren kennen zodat je ook inderdaad de foto's kunt maken die je voor ogen hebt.
Dan zijn er natuurlijk alle hulpmiddelen zoals de geheugenkaart, batterij en de lenzen. Voor deze laatste worden tips gegeven zodat je goed weet wat je koopt en met welk doel je ze koopt. Ook over de diverse statieven worden de voor- en nadelen gemeld.
Verrassend vond ik de mogelijkheid van het gebruik van flitsers bij de natuurfotografie. Met mooie voorbeelden wordt aangetoond waarom het soms een handig hulpmiddel is en welke resultaten er mee te bereiken zijn.
Kijken, beeldvorming
Maar het is niet alleen de goede apparatuur die voor goede foto's zorg draagt. In het boek wordt duidelijk benadrukt dat het vooral om een bepaalde manier van kijken gaat, bij natuurfotografie moet je bewust kijken zowel in de omgeving als in de zoeker, vergeet het beeld in de randen en hoeken niet is een van de adviezen.
Het licht buiten en op welke manier je daar gebruik van kunt maken is een ander onderwerp in het boek. Tegenlicht kan erg mooi zijn maar weet wel hoe je daar gebruik van moet maken. De kleurenleer, contrasten, scherpte of juist bewust geen scherpte gebruiken, het wordt allemaal besproken evenals de compositiemethoden en het gebruik van perspectief. Welke positie neem je in bij het fotograferen. Hoe kun je gebruik maken van de schaduwen? Of hoe kun je spiegelende oppervlaktes in je voordeel gebruiken? - Er staat een prachtige foto in het boek van een tureluur. Je ziet alleen zijn poten en de rest van de vogel is als weerspiegeling in het water te zien. wat een schitterend resultaat geeft. -
Het gebruik van filters is ook een kunst op zich. Het hele beeld, de hele intensiteit van de foto kan daardoor enorm veranderen. Ook kun je leren gebruik te maken van het weer door het op de foto te benadrukken. Heel apart is bijvoorbeeld de foto van een sterrenhemel waarbij een heel lange belichtingstijd is gebruikt, je ziet dan de beweging die plaatsvindt.
Werkwijze
Belangrijk onderwerp bij natuurfotografie is natuurlijk hoe je de dieren benaderd. Natuurlijk ga je niet luid pratend of stampend op ze af, dan zal er weinig te fotograferen zijn, maar hoe benader je ze dan wel? Daar wordt zeer uitgebreid op in gegaan waarbij gelijk duidelijk wordt dat je niet zomaar even een mooi plaatje kunt schieten maar dat er veel meer bij komt kijken zoals camouflage, lang wachten, veel geduld. het is wel fascinerend om te zien hoe en onder welke omstandigheden bepaalde foto's gemaakt zijn.
Het gebruik van infrarood en het werken met een afstandbediening leveren ook bijzondere plaatjes op. Ook deze technieken worden duidelijk besproken in dit boek.
Wat doe je met de foto's?
Last but not least is de vraag: Wat doe je met de foto's? Zet je ze op een blog of op een eigen website? Of wil je ze voor een presentatie gebruiken? Wil je ze bewerken? In het boek staan mooie voorbeelden hoe van een foto een 'schilderij' wordt gemaakt.
Er zijn natuurlijk veel mogelijkheden voor gebruik en ook daarvoor zijn allerlei tips te vinden.
Doorheen het boek worden overigens allerlei opdrachten gegeven zodat je dat wat je gelezen hebt ook uit kunt proberen.
Kortom, het is een zeer compleet boek waarin compact en duidelijk alle ins- en outs van de natuurfotografie besproken worden.
Een mooi cadeau voor iemand die veel natuurfoto's maakt als wel voor diegene die deze vorm van fotografie nog moet leren.
ISBN 97890501146446 Hardcover 300 pagina's Uitgeverij KNNV november 2013
4e geheel gewijzigde editie
© Dettie, 21 februari 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Grappige gelukspoppetjes & Co.
Bungels en hippe hangers maken
Annemarie Arts
Haken is momenteel helemaal in. Vooral Amigurumi is heel populair (Amigurumi is de Japanse term voor in het rond gehaakte beestje). Die rage is wel te begrijpen want echt moeilijk om te maken zijn ze niet en ze zien er erg leuk uit. De zelfgemaakte grappige figuurtjes worden vaak verzameld of weggegeven als een cadeautje. Het enige wat je nodig hebt om de diertjes of poppetjes te maken zijn allemaal restjes katoen of wol en een haaknaald.
In dit boekje staan geen Amigurumi's maar gelukspoppetjes. Ze hebben veel weg van Amigurumi's maar ze zijn een stuk kleiner. Je kunt de gehaakte figuurtjes ze weggeven als gelukspoppetjes maar ook als hanger voor bijvoorbeeld aan een sleutelbos.
Zoals elk haakboek begint het met een uitleg over de gebruikte materialen en hoe je de steken met maken. Je leert een cirkel, lossen en vasten haken, ook hoe je vasten kunt meerderen en minderen. Je leert stokjes en dubbele stokjes haken en hoe je alles mooi aan elkaar kunt zetten.
Dit alles wordt dit via duidelijke afbeeldingen getoond.
In dit boekje staan 20 te haken gelukspoppetjes
Het allereerste gelukspoppetje is blote Bas (mét vijgenblaadje) het patroon voor Bas is het basispatroon en bestaat uit romp, hoofdje en armpjes en beentjes. De romp en het hoofdje worden gevuld met fiberfill, de armpjes en beentjes bestaat uit een ketting van 16 lossen met daarop halve vasten gehaakt, zo krijg je lekker slungelige armen en benen. De handjes en voetjes bestaan uit rondjes van vasten.
Nu is blote Bas ook al leuk om te zien maar het is wel een beetje kaal poppetje zo zonder kleren aan of gekke haren. Dan zijn Koetje Betsy en lammetje Molly een stuk leuker om te zien. Het is verbazingwekkend wat een kleurtje kan doen. Bas was vleeskleurig maar Koetje Betsy is lekker wit met zwart gevlekt en heeft heuse uiers, een grappige roze snoet en een toefje haar op haar hoofd.
Zelf ben ik helemaal weg van Kokkie en Postbode Pim.
Kokkie ziet er geweldig uit met zijn witte koksjas en koksmuts. Hij houdt een pan met een gebakken ei in zijn hand, die ook gehaakt zijn! Leuk cadeautje als je bijvoorbeeld bij iemand gaat eten.
Postbode Pim is een échte postbode, met pet en een posttas om zijn nek in de bekende postzakkleuren.
Eigenlijk kun je als je de slag eenmaal te pakken hebt van alles maken. Het basispatroon is aldoor hetzelfde maar het is aan jou wat je er verder van maakt. Je kunt een kroontje haken en een randje aan het lijfje haken en je hebt een prinsesje, je kunt twee grote oren en een slurf aan het hoofdje haken en je hebt een olifant. Kortom, alles is mogelijk. Erg leuk boekje.
Klik hier voor grotere afbeelding van de cover, daar zijn de poppetjes duidelijk op te zien.
ISBN 9789058772206 Paperback 48 pagina's Uitgeverij Forte februari 2013
© Dettie, 18 januari 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Rudolph's bakery
Rudolph van Veen
“Is het niet verwonderlijk dat je met enkele heel vanzelfsprekende ingrediënten zoals boter, bloem, suiker en eieren zo oneindig veel lekkernijen kunt maken? Dat je mensen werkelijk kunt verrassen met een zelfgemaakte taart, rijkelijk versierd met vruchten? Bakken is een prachtige hobby. En of je nu eenvoudige zandkoekjes of een Frans patisseriekunstwerk maakt, je kunt je fantasie helemaal de vrije loop laten. Niets is te gek en alles kan!”
Wie dit prachtige boek in huis haalt dient dat tegelijkertijd met de bovengenoemde ingrediënten te doen want tijdens het lezen zal je overvallen worden door een onbedwingbare drang aan het bakken te slaan. De liefde van Rudolph van Veen voor het bakken spat van de bladzijden af en zijn enthousiasme is aanstekelijk.
Het vrij dikke boek heeft bijna een A4-formaat en een mooie, stevige kaft. Rudolph lacht je vanaf de kaft vrolijk toe want hij weet al welke heerlijkheden in het boek staan. In het eerste hoofdstuk deelt hij met de lezer hoe zijn liefde voor koken en bakken is ontstaan. Al op de basisschool dacht hij erover een koksopleiding te gaan volgen. Op zijn zeventiende vertrok hij, met een koksdiploma op zak, naar Zwitserland waar hij kennismaakte met de patisserie.
“Vanaf dat moment heeft de patisserie mij gegrepen en nooit meer losgelaten. De patisserie heeft mij verleid en ik heb het vol overgave laten gebeuren. In de jaren die volgden heb ik als kok én als patissier gewerkt in heel veel verschillende bedrijven. Soms vond ik het zelf best moeilijk om te zeggen wat ik nu was: een kokende patissier of een kok die graag bakt? Maar na enige tijd heb ik ontdekt dat het ene het andere niet hoeft uit te sluiten.”
Handig zijn de hoofdstukken Materialen en Nuttige tips waarin bijvoorbeeld het advies staat altijd cupcakevormpjes van papier te gebruiken en wordt uitgelegd hoe je met gist, bakpoeder en karamel moet werken. En dan is het eindelijk tijd voor het eerste hoofdstuk met recepten. Rudolph begint met koekjes. Elk recept neemt twee bladzijden in beslag. Op de ene pagina staat een paginagrote kleurenfoto van het baksel, op de andere pagina het – duidelijke - recept zelf. Het is moeilijk kiezen welke koekjes ik als eerste wil gaan bakken. Kies ik voor zandkoekjes, bokkenpootjes, Goudse moppen, chocolate chip cookies of boterkoek? Maak ik roze koeken of toch de suikervrije bananenkoekjes? Het is maar een greep uit de vele smakelijke koekjesrecepten. Leuk zijn ook de koekmedailles en gemberpoppetjes die speciaal voor kinderen zijn.
Na de koekjes zijn de cakes aan de beurt en opnieuw loopt het water me in de mond. Zal ik eens een ouderwetse arretjescake bakken of kies ik voor de moderne groene-theecake? Het is bijna onmogelijk om een keuze te maken uit de vele cakerecepten. De recepten worden afgewisseld met pagina’s die in het teken staan van nostalgie. Dit kunnen smaakvolle, knusse foto’s zijn maar ook mooie gedichtjes. Ook deze pagina’s zijn zowel liefdevol als smaakvol opgemaakt.
Na het hoofdstuk over cake volgt een hoofdstuk met leuke baksels die je samen met kinderen kunt maken. Heel grappig zijn de cakespookjes met Italiaans schuim. Dan volgt een zeer uitgebreid hoofdstuk over…je raadt het al….taarten! Opnieuw moet ik mezelf bedwingen om niet onmiddellijk aan het bakken te slaan. Mijn favoriet staat er ook tussen: strawberrry cheesecake. Maar een Christoffeltaart, een slagroomtaart of een stoofperentaartje zijn natuurlijk ook heerlijk. Zal ik toch kiezen voor de operataart of ga ik overstag voor een van de vele andere heerlijke taartrecepten? Ook in dit hoofdstuk wordt de lezer tussendoor getrakteerd op sfeervolle pagina’s met gedichten en mooie foto’s.
Na de taarten komen hartige gerechten aan bod. Serveer bijvoorbeeld eens een shoarmataart bij de borrel of een bak een hartige herfststrudel. Heel leuk is het hoofdstuk Culinaire cadeautjes. Maak bijvoorbeeld zelf een chocoladereep en doe dat aan een dierbare cadeau. Alsof het allemaal nog niet verleidelijk genoeg is, is er ook een hoofdstuk met heerlijke toetjesrecepten. Ook hier staat mijn persoonlijke favoriet bij: tiramisu en velen zullen ook blij zijn met het recept voor hemelse modder met sinaasappelsaus. Een leuke verrassing zijn de diverse dessertpizza’s.
Heerlijke Snoeperijen sluiten het receptengedeelte af. De slagroomtruffels zijn prachtig evenals de pompadourtjes. Over nougat schrijft Rudolph: “Een plakkerig karweitje, maar als je dit een keer gemaakt hebt, zal een volgende keer niet uitblijven.”
Tot slot is er nog een hoofdstuk EHBBO (Eerst Hulp Bij Bak Ongelukken), een register en een aantal pagina’s met foto’s van gasten die Rudolph in zijn televisieprogramma heeft ontvangen. Dit fantastische, kleurrijke en sprankelende boek hoort namelijk bij het gelijknamige en uiterst leuke televisieprogramma dat uitgezonden wordt op 24Kitchen. Rudolph’s bakery is een haast onmisbaar boek voor de bakliefhebber maar je kunt het natuurlijk ook cadeau geven en geduldig afwachten op welke baksels je getrakteerd gaat worden!
“Moge het plezier te proeven zijn!”
ISBN 9789045206639 | hardcover | 400 pagina's | Karakter Uitgevers B.V. | oktober 2013
© Annemarie, 4 december 2013
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER